Afbeelding
Foto:

Ander kleurtje

Het is zaterdagmiddag en onze meiden zitten aan de buis gekluisterd. Met samengeknepen billen zien ze toe hoe de Sint aanmeert in Zaanstad. Hij heeft nog amper voet op de wal gezet of onze oudste klampt me aan. "Gaan we nu, mama?" We trekken de jassen aan en wandelen naar het dorp waar de Sint gelijktijdig is aangemeerd. Hoe hij dat precies voor elkaar krijgt? Teleportatie misschien? De meiden houden zich er niet mee bezig.

Wat dan weer wel opvalt, is dat de eerste Piet die we tegenkomen precies weet hoe onze jongste heet. "Hoe kan dat nou, mama?" vraagt de oudste verwonderd. Ik kijk naar de zelfgeknutselde Pietenmuts van de jongste waar haar naam in reusachtige blokletters op staat. "Ach meisje, Sint en de Pieten weten alles," mompel ik. Maar ze lijkt het niet eens te horen. Dat de Pieten op het dorp een ander kleurtje hebben dan op tv, lijkt haar ook niet op te vallen. Waar ze zich wél zorgen over maakt, is de neiging van haar vader om op zaterdagavond de kachel op te stoken. "Vanavond niet, papa. Want dan brandt Piet zijn billen."

Dat we een gaskacheltje hebben waarvan de deur niet eens open kan en het rookkanaal magertjes is, baart haar geen zorgen. Ook zit ze niet in over Sints financiële situatie (hoe komt de oude man - die het toch van zijn AOW moet hebben - aan voldoende geld voor cadeaus?) of zijn stressniveau (hoe bezorg je in één nacht miljoenen pakjes?). Als er al zorgen zijn, dan is het over de vraag of Sint het verlanglijstje wel goed begrijpt. Maar ook die zorgen verdwijnen spoedig als de meiden zich de volgende morgen voor een nog zachtjes nagloeiend gaskacheltje (sorry, Piet!) op hun knieën laten zakken. "Hij is echt geweest, mama!" Ik knik en fluister: "Volgens mij heb ik hem vannacht op het dak gehoord." De oudste glimlacht en kijkt omhoog. Een paard op het dak: zelfs dat klinkt zo eind november opeens heel aannemelijk...