Danken
We leven in de tijd van de dankdagen. Het is een goed gebruik om één keer per jaar de Heere te erkennen voor Zijn weldaden. Vooral dit jaar is er alle reden om de Heere te danken. In de zomermaanden heeft het negen weken niet geregend. Alles wees op een vrij ernstige ontwikkeling voor de oogst. Het begon echter na tien weken weer te regenen. En de gevolgen zijn er ook naar. De bonen zijn niet echt veel dit jaar. Ook is de maisoogst goeddeels verloren gegaan. Maar appels, peren, bloemkool en tal van andere zaken zijn er in overvloed. Alles bij elkaar is er eigenlijk best veel gegroeid. Het gras voor de dieren was mogelijk wat minder, maar in 2017 was er heel veel gras binnengehaald. Ik hoorde van een boer dat hij halverwege 2018 nog steeds kon voeren met de oogst uit 2017. Kortom, we mogen terugzien op een bewogen oogstjaar, waarin de Heere heeft gezorgd. Laten we enkele dingen over dankdag opschrijven.
Wat is het goed om een dergelijke dag te hebben. Uiteraard hebben we de dag des Heeren om Gods Woord te horen. Die dag moeten we vooral naarstig onderhouden. Het is een inzetting vanuit de geboden Gods. Maar daarnaast is het goed en nodig om ook aparte dagen te hebben. We kunnen de Heere dan de lof en de dank toebrengen die Hij eeuwig waard is. Vanuit onszelf kan dat natuurlijk niet. Maar vergeten we ook op dankdag het gebed niet? De Heere wil om zegen gebeden zijn. Dankdag is een erkenning van Zijn gaven en goedheid in een verloren wereld. Laten we dergelijke zaken vasthouden. We worden er niet minder van om een dag in de week te verkeren in Gods huis. Daar bidden we samen, daar horen we Gods Woord en wet, daar zingen we samen de Psalmen tot Gods eer. Daar wil de Heere zijn met Zijn goedheid, gunst en zegen. Opdat het ons welga.
Een dankdag is ook belangrijk om te bedenken dat we niet alleen geestelijke gaven nodig hebben. Vanzelf, de geestelijke zaken mogen niet op de achtergrond raken. Helaas kan dat zomaar gebeuren. De sleur van het leven kan ons helemaal in beslag nemen. Het is echter ook belangrijk om de goede hand van de Heere te erkennen in de dingen van het dagelijkse leven. We belijden in de catechismus dat God zorgt voor onze ziel en ons lichaam. Ook voor de aardse dingen zijn we afhankelijk van God. Aardse goederen zijn geschonken gaven. De dichter van Psalm 65 wijst keer op keer op God goedheid voor zondige mensen. We lezen daar bijvoorbeeld het volgende: "Gij maakt zijn opgeploegde aarde dronken; Gij doet ze dalen [in] zijn voren; Gij maakt het week door de druppelen; Gij zegent zijn uitspruitsel." (Ps. 65:11). Ons eten, drinken, gezondheid, woning en tal van andere zaken zijn gaven van een goeddoende God. Laten we de Heere erkennen, ook in de dingen van het gewone leven. Het is niet best als we de Heere daarin niet hebben leren kennen. De Heere Jezus dankte Zijn Vader voor het brood wat Hij aan de schare heeft uitgedeeld.
Dankdag brengt ons ook bij de onmetelijke goedheid van God. We worden gedragen en bewaard. De Heere heeft zorg voor zondige mensen. In Zijn voorzienigheid deelt de Heere in ruime en rijke mate uit. Er zijn delen van de wereld waar de mensen honger lijden. In Nederland kunnen we de welvaart bijna niet op. Laat dat voor ons ook een boodschap zijn. Paulus zegt in de brief aan de Romeinen dat de goedheid Gods ons de gelegenheid geeft tot bekering (Rom. 2:4). Zo is er veel om de Heere te erkennen. Laten we het door genade ook daadwerkelijk doen. De Heere is het waard.