Afbeelding
Foto:

Dubbelgevouwen in het ledikantje

Ik kan niet zo goed tegen veranderingen. Zeker niet als die veranderingen getuigen van het feit dat kleine meisjes nu eenmaal groot worden. En dus ben ik zo'n moeder die haar kinderen veel langer dan eigenlijk nodig is in een slaapzak propt en de Duplo-blokken gewoon in de speelgoedkast laat staan (ook al zijn onze kleuter en peuter al lang overgestapt op Lego).

Ook weiger ik steevast om het ledikantje in te ruilen voor een kleuter- of (nog erger) eenpersoonsbed. En dus vouwden we onze oudste tot aan haar vierde verjaardag dubbel om haar toch in dat ledikantje te krijgen. En met onze jongste - inmiddels 3,5 - was ik dat eigenlijk stiekem ook van plan. Maar waar onze oudste het zich allemaal liet welgevallen (en er zelfs van leek te genieten om met haar neus tegen de spijlen te slapen), was onze jongste wat minder meegaand. Steeds vaker klom ze op eigen gelegenheid - en zonder enig oog voor gevaar - uit haar ledikantje. "Misschien wordt het tijd voor een groot bed," zei mijn man voorzichtig. Hij had gelijk.

En dus togen we naar een woonwinkel waar we een te leuk eenpersoonsbed vonden, dat een week later al bezorgd kon worden. "Dat hoeft niet, hoor," fluisterde ik de verkoopster in. "Het heeft geen haast." Maar onlangs moest ik er dan toch aan geloven: twee sterke bezorgers schoven het bed - zonder enig oog voor mijn emoties - haar slaapkamer in. Volmaakt gelukkig liet onze jongste zich die avond in haar grote bed vallen, om nog geen kwartier later in een diepe slaap te belanden. Stiekem keken we nog even om een hoekje. "Ze lijkt veel kleiner in dat grote bed, vind je niet?" vroeg mijn man. Ik keek nog eens goed en kon een zucht van opluchting nauwelijks onderdrukken. Het meubilair was misschien wat gegroeid, maar zij was duidelijker dan ooit nog steeds een heel klein meisje.