Afbeelding
Foto:

Herdenkingsmonument Dirksland

Met het kompas overvaren naar Brabant

GOEREE-OVERFLAKKEE – Oorlogen zijn diep ingrijpende gebeurtenissen en laten altijd sporen na. Onder andere in de vorm van monumenten. Ook op ons eiland zijn er verschillende te vinden. In deze serie komen bekende én onbekende oorlogsmonumenten van over heel het eiland aan bod. Vandaag het vijfde deel in de serie: het herdenkingsmonument van Dirksland.

Door Erwin Guijt

Dit monument is in 1995 geplaatst ter gedachtenis aan 50 jaar bevrijding aan het Poldersweegje te Dirksland. Het bestaat uit een ruw brok natuursteen van ongeveer een meter hoog. Jaarlijks vindt vanaf 1995 hier de dodenherdenking plaats. Bij het monument staan twee informatiepanelen met daarop de Dirkslandse slachtoffers. Onder hen waren ook de drie broertjes De Bruin (9, 11 en 14 jaar), die samen met hun buurjongen Beije Soldaat (14 jaar) om het leven zijn gekomen door een mijnexplosie op het gors tussen Herkingen en Melissant. Dit vond plaats op 28 februari 1943.

Droevig lot

In totaal staan er 35 namen van slachtoffers op de borden, met achter iedere naam een verhaal. Verschillende van hen zijn weggevoerd met de grote razzia van december 1944. Hieronder was Jacob de Geus, die tijdens een bombardement op 3 april 1945 te Nordhausen dodelijk is getroffen. Een droevig lot trof ook Dimmen Orgers. Hij overleed op de dag van de bevrijding door de Amerikanen in Duitsland. Door honger heeft hij teveel gegeten, wat zijn lichaam niet aankon.

Het monument werd in 1955 onthuld door mevrouw De Geus-Witvliet. Zij was getrouwd met Han de Geus (eveneens verzetsstrijder) en behoorde tot het verzet in Dirksland, waar ze voornamelijk koerierswerk deed. Op zeker moment werd ze bij een opdracht gearresteerd terwijl ze belastende papieren bij zich had. Toch was kennelijk het bewijs niet goed rond te krijgen, want na enkele dagen mocht ze weer naar huis. Zij was de laatste nog in leven zijnde verzetsstrijder van de Dirkslandse verzetsgroep, tot haar overlijden in 2009.

Militaire stellingen

Hoewel de leden van de verzetsgroep zijn overleden, leven de verhalen voort. Zo herinnert zich de heer Holleman uit Nieuwe-Tonge dat zijn vader, die commissionair was, gevraagd werd door een collega of die zijn kompas zou mogen gebruiken. Dat was aangeschaft voor het richten van putten aardappelen en uien, zodat die op de goede kant van de zon kwamen te liggen. Waarom hij het kompas precies wilde hebben, daar draaide hij omheen. Toch kreeg hij het.

Na enkele weken niets meer vernomen te hebben, vroeg de vader van Holleman of hij nu nog niet klaar was met het kompas. Ook daar werd omheen gedraaid en tot de einde van de oorlog bleef het ding weg. Na de oorlog dook de man weer op, mét het kompas. Het bleek gebruikt te zijn door de verzetsgroep van Dirksland om over te varen van Flakkee naar Brabant, dat toen al veroverd was door de geallieerden. Inderdaad is bekend dat vanaf het voorjaar van 1943 regelmatig inlichtingen werden verstrekt over Duitse militaire stellingen en troepenbewegingen.

Valse papieren

Omdat Goeree-Overflakkee een eiland is, was het plegen van verzet nog lastiger dan elders in het land. De enige verbinding met het vasteland, de veerdienst, was eenvoudig te controleren. Desondanks vond er wel degelijk verzet plaats op het eiland. Illegale kranten als 'Het Parool' en 'Trouw' werden stiekem gedrukt en de drukkerij van de gebroeders Boomsma te Middelharnis werd gebruikt om valse papieren voor de ondergrondse te drukken. Vanuit een boerderij in Den Bommel, midden in het geïnundeerde gebied, werden er berichten doorgegeven aan de geallieerden. Ook werd er voedsel en geld voor de ondergrondse ingezameld, met name voor het werk in de grote steden. Ook zijn er verschillende piloten ondergebracht op het eiland. Naar schatting (aan de hand van het aantal bonkaarten) zaten er tegen de duizend onderduikers op de Zuid-Hollandse eilanden.

Naar de exacte omvang van het verzet op het eiland is eigenlijk nooit goed onderzoek gedaan. De informatie die wel bekend is, is daarom wat fragmentarisch. Daarnaast is er ook nooit goed gekeken naar de 'foute' eilandbewoners. Wel wordt er in het boek van D. Hoogzand, 'Blijvend Gedenken', een hoofdstuk besteed aan het verzet op het eiland. Opdat wij niet vergeten.

Dit artikel kwam tot stand met medewerking van het Streekarchief Goeree-Overflakkee.

Afbeelding