Afbeelding
Foto:

Neem en lees door B.S. van Groningen

Open vensters naar Jeruzalem

Ds. B.J. van Boven (1970) is predikant van de Gereformeerde Gemeente van De Valk-Wekerom.
In zijn Woord vooraf geeft de auteur enige uitleg en een verantwoording. De titel van dit boek komt uit Daniël 6:11: 'Hij nu had open vensters tegen Jeruzalem aan.'
Daniël mocht/moest een lange tijd aan het hof van Babel verblijven en het geheim dat hij dat zo lang kon uithouden ligt in de woorden van Daniël 6. Hij had door Gods genade een gebedsleven. Het leven in de opperzaal maakte Daniël ook tot een vreemdeling op de aarde (Psalm 119:19). Daarom tekst uit deze Psalm 'Ik ben een vreemdeling op de aarde, verberg Uw geboden voor mij niet', schrijven de kanttekenaren het volgende: ' Alsof hij zeide: Ik ben als een arme pelgrim en wandelaar, niet wetende noch kennende den weg dien ik moet ingaan; daarom bid ik U, o Heere, dat Gij mij wilt leren en leiden door Uw wetten.'
Omdat het hart van Daniël in Jeruzalem lag, had hij open vensters in de richting van Jeruzalem. Al was het daar niet beter, toch had de Heere geboden dat aldaar Zijn woning zou zijn. De plaats van het bloed, het offer en het lam. Alles in de tempel sprak van de komende Christus. Vanuit Babel heeft God hem onderwezen, hij kreeg verschillende nachtgezichten over toekomende zaken.
De schrijver heeft dankbaar gebruik gemaakt van zijn leermeester, ds. A. Moerkerken, die het boek 'De onbekende ziener' heeft geschreven.
De Bijbellezingen over Daniël zijn door ds. Van Boven gehouden in zijn gemeente De Valk-Wekerom in de jaren 2012-2014.
Op de cover wordt het volgende vermeld: 'Het gaat niet alleen om de geschiedenis van een kind en knecht van God in ballingschap, maar ook worden de bijzondere visioenen met betrekking tot de toekomst meegedeeld.'
Wat opmerkelijk is: van Daniël lezen we niet één zonde, al weten we dat hij even als alle mensen een gevallen Adamskind is. Waar ligt het geheim? In Gods welbehagen. Door wederbarende genade mocht hij een leven kennen in de vreze des Heeren.
In 24 Bijbellezingen brengt de auteur het leven en de boodschap van Daniël dichter bij de lezer. Persoonlijke toepassingen voor jong en oud naar het hart ontbreken niet.
Vanaf Daniël 1 tot Daniël 12 gaat de schrijver het hele boek Daniël door.
Het voert te ver om alle hoofdstukken te benoemen. Neem en lees en overtuig u zelf van de waardevolle inhoud. Van harte aanbevolen. De Bijbellezingen zijn voorzien van een liturgie, zodat ze gelezen kunnen worden in de eredienst, maar ook voor persoonlijk gebruik zijn ze zeker geschikt. Wat opvalt is, dat het bevindelijke meer is dan een exegese, een uitvoerige uitleg.
Een citaat uit de laatste (24e Bijbellezing):
'Gemeente, in deze Bijbellezingen over Daniël zijn 24 pijlen afgeschoten. Wat hebben die pijlen gedaan? Zijn ze langs u heengegaan? Hebben ze u niet geraakt? Of zijn ze naar binnen gegaan? Al was er maar één pijl naar binnen gegaan! Als u onbekeerd voortleeft, hoort u bij de goddelozen, want zij leven buiten Christus. Maar nog is het genadetijd.
Daniël gaat naar zijn laatste rustplaats. Hij legt zich neer op zijn bed. Heeft hij een sterfbed gehad? Ik weet het niet. Eén ding weet ik wel: hij ging rusten in God de Vader, Die hem verkoren had, hij ging rusten in God de Zoon, Die hem gekocht had, en hij ging rusten in God de Heilige Gees, Die jong in zijn leven de vreze des Heere had gewerkt en hem deed wandelen in die vreze des Heeren, zijn leven lang. Zijn beloning lag klaar. Het was genadeloon. Enkel genadeloon. Want zijn verwachting was van zijn getrouwen Zaligmaker Jezus Christus, hij was Zijn eigendom (Zondag 1). Met Zijn bloed heeft Hij voor al zijn zonden volkomen betaald. En God zal hem leiden naar Zijn raad en daarna zal Hij hem in heerlijkheid opnemen. Dan blijft er maar één ding over:
Wie is aan onzen God gelijk,
Die armen opricht uit het slijk?
Nooddruftigen, van elk verstoren,
Goedgunstig op heft uit het stof?
En hen, verrijkt met eer en lof,
Naast prinsen plaatst en wereldgroten?