Sterven voor een rechtvaardige (zaak)?

'Want bij hoge uitzondering zal iemand voor een rechtvaardige sterven; hoogstens immers heeft iemand de moed om voor de goede mens te sterven…' 'God echter…'.

Rom. 5,7-8

Een tussenzinnetje is het; dat zevende vers.

Er spreekt wel veel mensenkennis uit. Wij kunnen wel grote en mooie woorden in de mond nemen, maar het moet er maar eens op aan komen. Dan leert de ervaring dat we in de regel kiezen voor ons eigen hachje. Nooit vergeet ik de ramp met die veerboot. Jaren geleden voor de Belgische kust. Hij kapseisde en hij liep vol. Wie kwamen er nog uit? Vrouwen en kinderen? Nee, de sterksten, die zich een weg naar de uitgang vochten.

Wie geeft zijn leven voor een ander? Of voor een goede (rechtvaardige) zaak?

Nou ja, het is wel voorgekomen. We denken deze dagen aan de oorlog ' 40-'45. Het is wel voorgekomen dat mannen en vrouwen hun leven gaven voor een ander en voor de rechtvaardige zaak. Dan romantiseren we maar niet. Ze waren als bloemen die bloeiden tussen alle halfheid, grauwheid, lafheid en egoïsme. Tussen hen die van de nood van anderen profiteerden. En anderen die in alle eenvoud aan de hongerigen gaven wat ze zelf hadden. Maar het kwam voor. Dan denk ik aan Johannes Post en aan Jan Wilschut en aan de bekende Hannie Schaft. Maar ook aan de vele anderen die hun leven gaven voor de hulp aan Joodse en andere onderduikers. Verzetsmensen en eenvoudige burgers die hun leven waagden en maar al te vaak er het leven bij inschoten. We gedenken ze in deze dagen. 'Bij hoge uitzondering zal iemand voor een rechtvaardige sterven…'

Het kan. Mogelijk dat een mens het zo ver kan brengen dat hij zijn leven geeft. Voor 'de goede' een goed mens; ' het goede', dat wordt al weer veel moeilijker. Want wat is het goede? De terreur van het nat. socialisme werd gebroken. De oorlog kwam tot een einde. Maar je hoort de klacht al in allerlei publicaties na de oorlog. Hitler is verslagen, maar waar is 'het goede' waarvoor zo velen hun leven gaven? De gerechtigheid, de eerlijkheid, de saamhorigheid; een volk dat voor de Heere buigt? En hoeveel macht werd na 1945 tot terreur? Op allerlei plaatsen op de wereld? Wat hebben we er van geleerd?

Een tussenzinnetje, dat zevende vers. Het roept nogal wat wakker. Maar het blijft een tussenzinnetje. Een vergelijking die de apostel maakt om des te meer relief aan te brengen in wat hij zeggen wil. Over de liefde van God. Die in vers acht komt opzetten als een onweerstaanbare watervloed. Die al onze bouwwerken en plannen voor een betere wereld wegspoelt. Al onze voornemens om het morgen beter te doen en het dáár van te verwachten. Als het daar toch van moet komen! Van wat wij zullen en wij klaarmaken…

'God echter bevestigt Zijn liefde voor ons daarin dat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars waren'. Dáár gaat het de apostel om. Via dat tussenzinnetje. Om de weergaloze liefde van God te tekenen. Hoog en diep. Voorafgaand aan alles van ons. En helemaal onverdiend.

God echter… Hoe is het bij God? God bevestigt Zijn liefde voor ons daarin dat Christus voor ons gestorven is, toen wij nog zondaars waren (toen de schuld en de vloek van de zonde nog op ons lag). Die liefde. Toen is Christus gestorven. Zondaar; een afgesleten woord. We zijn de schrik er van kwijtgeraakt. De onthutsing. Dat we er zo aan toe zijn voor God. Zondaren hebben geen vrede; ze dienen de zonde; ze liggen overhoop met God. En voor zulke mensen is Christus nu gestorven. Dat is verrassende Goddelijke liefde. In de omgeving van onze tekst vallen nog meer woorden. Je kunt er een portret van samenstellen: zondaren, krachtelozen, vijanden, goddelozen. Voor hen is Christus gestorven. Dat is de liefde van God. Zo groot is die. Niet om er mee te spelen, want dan ontbrandt ze in toorn. Maar om er achter te komen dat zó – terwijl dat je portret is- de liefde van God tot je komt.

Wonderlijk, juist omdat we beter, méér willen zijn, lopen we Christus mis. Die liefde omspoelt ons in het evangelie. Ze overmant ons. Om jezelf er in en aan te verliezen. Verslagen en verwonderd. Eens en telkens weer. Dan vieren we Bevrijdingsdag. We gedenken hen die bij grote uitzondering hun leven over hadden voor de goede (zaak). We aanbidden Hem Die voor de zondaars is gestorven en Die lééft…