Mathijs Witte, beleidsmedewerker erfgoed en cultuur van de gemeente Goeree-Overflakkee, bracht het walvisbot woensdag 14 maart zelf naar Naturalis in Leiden.
Mathijs Witte, beleidsmedewerker erfgoed en cultuur van de gemeente Goeree-Overflakkee, bracht het walvisbot woensdag 14 maart zelf naar Naturalis in Leiden. Foto:

Walvisbot van raadhuis gehaald voor restauratie en onderzoek in Naturalis

MIDDELHARNIS – Wat doet zo'n walvisbot op de gevel van het raadhuis? Hoe komt het daar terecht? Hoe oud is het? Van wat voor type walvis is deze rib? Allemaal vragen waarop nog geen eensluidend antwoord bestaat. Maar daar gaat mogelijk verandering in komen.

Tekst en foto: Kees van Rixoort

Het walvisbot zit in ieder geval meer dan honderd jaar op de gevel van het oude raadhuis in Middelharnis. Op een foto uit 1908 is het object te zien. Het bot is na de restauratie in dat jaar aan de gevel besvestigd. Vóór die tijd lag het waarschijnlijk op zolder. Hoelang het bot daar toen al aanwezig was, is niet bekend. Mogelijk al vanaf midden achttiende eeuw, toen een walvis het Haringvliet was op gezwommen, is gedood en aan land gebracht. In delen is het beest vervolgens in het hele land tentoongesteld. Van het harpoeneren van de walvis op het Haringvliet is ooit een schilderij gemaakt door de Rotterdamse schilder Boon.
Een rib van het beest zou destijds als een soort trofee aan de gevel van het gemeentehuis in Middelharnis kunnen zijn gehangen. Meer dan een theorie is het echter niet.
In de aanloop naar de restauratie van het zeventiende-eeuwse raadhuis is het walvisbot van de gevel gehaald. Dit omdat het er bijna afviel. De gemeente laat het restaureren in Naturalis, Leiden. Daar worden tevens de verflagen van het bot verwijderd, waardoor het weer de natuurlijke grijze kleur krijgt.
Naturalis gaat het bot, dat is voorzien van anti-duivenpinnen, ook onderzoeken. Dit onderzoek moet uitwijzen hoe oud de rib is en van welk type walvis het bot afkomstig is. Zo is het mysterie van het walvisbot aan de gevel straks wellicht opgelost. Over een maand of twee – na het restaureren, impregneren en onderzoeken – weten we meer.