Het vernietigen van ondermaatse bijvangst in het kader van de aanlandplicht zorgde voor veel beroering in de visserij zowel als in de samenleving. (Foto: W.M. den Heijer)
Het vernietigen van ondermaatse bijvangst in het kader van de aanlandplicht zorgde voor veel beroering in de visserij zowel als in de samenleving. (Foto: W.M. den Heijer) Foto:

Brussel doet het zonder advies van biologen
Betreurenswaardige invoering van aanlandplicht voor kottervisserij

REGIO - Bij de totstandkoming en invoering van de aanlandplicht voor de visserij, hebben geldingsdrang en emotie de doorslag gegeven. De Europese Commissie had bij voorbaat al een voorkeur voor een totaalverbod op het teruggooien van ondermaatse vis nadat bij de evaluatie in 2002 duidelijk was geworden dat het voorgaande Gemeenschappelijk Visserij Beleid (GVB) niet tot tevredenheid stemde.

Door: Willem M. den Heijer

Aanzet tot de aanlandplicht is een televisiedocumentaire in 2004 over bijvangst in de visserij, waarin Schotse vissers demonstratief marktwaardige koolvis overboord gooien. Zij wilden hiermee een statement maken. De Schotten kampten met een te krap quotum en vingen meer dan was toegestaan. Niks geen bijvangst van ondermaatse vis, maar juist exemplaren die stevig aan de maat waren, gingen weer overboord. Kortom, voedselverspilling van de bovenste plank. De televisiedocumentaire circuleert een paar jaar later op internet en veroorzaakt een publieke verontwaardiging. Een succesvolle Britse kookboekenschrijver pikt het onderwerp op en gaat er mee aan de slag. Hij start een campagne en krijgt steun van organisaties als Greenpeace, Wereld Natuur Fonds en Oceana.

Petitie

De Nederlandse visserijsector ziet het met lede ogen aan. Vanaf het moment dat de campagne onder de naam 'FishFight' vorm krijgt, valt de foutieve interpretatie van de actie van de Schotse vissers niet meer te herstellen. In de campagne krijgt de in hun ogen falende Europese visserijregelgeving veel kritiek. Brussel is de gebeten hond. Meer dan 500.000 mensen uit verschillende lidstaten, niet geplaagd door enig inzicht, ondertekenen een petitie voor een verbod op het teruggooien van marktwaardige eetbare vis. Aan de maatschappelijke druk viel in Brussel niet meer te ontkomen. De Europese Commissie presenteerde in 2012 een nieuw GVB met daarin een prominente plaats voor een totaalverbod op het overboord gooien van vis, inclusief de kleintjes.

Schier onmogelijk

In het vorig jaar verschenen boek 'Schol in de Noordzee', een biografie van de platvis en de Nederlandse visserij, hekelt auteur Adriaan Rijnsdorp de houding van de Europese Commissie. De commissie heeft de aanlandplicht weliswaar met de lidstaten en de Regionale Advies Commissies (RAC) besproken, maar liet na om advies te vragen aan de visserijbiologen. 'Ieder mens met een beetje gezond verstand kan inzien dat het invoeren van de aanlandplicht een schier onmogelijke opgave is. Scholvissers gooien niet voor niets, sinds hun vangst handelswaar werd, de minder marktwaardige exemplaren terug in zee. Een ondernemer landt niet aan wat niemand koopt', aldus visserijbioloog Rijnsdorp, die tevens buitengewoon hoogleraar duurzaam visserijbeheer is.

Eigen koers EC

Volgens Rijnsdorp is bijvangst van andere soorten, met uitzondering van de visserij met de vleet op haring, voor de meeste visserijen onvermijdelijk. En schol is al helemaal niet schoon te vangen. Hij betreurt het dat niemand de vissers kan uitleggen waarom nu juist de teruggooi (hetgeen al eeuwenlang plaatsvindt) van vis zo schadelijk is voor de visstand. 'Wat verwacht de overheid precies te bereiken met het verbod? Op deze toch redelijke vraag wilde de staatssecretaris niet reageren', zo laat Rijnsdorp in zijn boek weten. Er moeten volgens hem wel heel goede redenen zijn om dit circus op te tuigen. Maar wat de buitengewoon hoogleraar nog het meeste steekt, is waarom de Europese Commissie koos voor haar eigen koers. 'We begonnen de aanlandplicht pas te bestuderen toen de politieke keuzes allang gemaakt waren.'

Speelbal

Voor de Nederlandse visserijsector was het van meet af aan vechten tegen de bierkaai. Politici stemden in met de aanlandplicht zonder ook maar enigszins na te denken over de consequenties. Enkelen kwamen later op hun schreden terug, maar toen was het leed al geschiedt. De Nederlandse visser voelt zich nauwelijks serieus genomen. 'We voelen ons een speelbal van ngo's en ondeskundige politici. De ngo's zaaien paniek, terwijl de Noordzee een van de meest gereguleerde zeeën ter wereld is. Nergens anders staan de visbestanden er zo goed voor als in de Noordzee. Maar nee, hier komt een organisatie uit de VS ons vertellen dat het allemaal beter moet', foetert een opvarende van een kotter uit Goedereede. En hij verdenkt ze ook van het spelen onder één hoedje. Duidelijk is voor de vissers wel, dat Brussel met de invoering van de aanlandplicht de plank volledig misslaat.

Rampzalig

Bioloog Rijnsdorp noemt in zijn boek de invoering van de aanlandplicht een rampzalige ontwikkeling voor het visserijbeheer en voor de vissers. Terwijl in zijn ogen de medewerking van de vissers onontbeerlijk is, omdat de inspectie op zee slechts steekproefsgewijs controleert en het controlenet vele mazen telt. Rijnsdorp maakt zich zorgen over het ecosysteem als vissers veel kleine visjes moeten aanlanden. Die vormen namelijk al eeuwenlang een gemakkelijke prooi voor andere zeedieren. Daarmee positioneert de bioloog de visser in het totale ecosysteem als toppredator die continu steekjes (discards) laat vallen. Behalve zeevogels, profiteren ook verschillende aaseters op de zeebodem al eeuwenlang van het 'bijvoeren' door de visserij, zo meent de visserijbioloog. Hij stelt verder: zonder aanlandplicht overleeft een deel (mogelijk een derde, zoals uit de recente overlevingsproeven met schol aan boord van een Texelse kotter bleek) van de discards. Een eenvoudig rekensommetje laat bovendien zien dat de aanlandplicht zelfs tot aanzienlijk meer teruggooi kan leiden wanneer de quota, zoals de bedoeling is, verhoogd worden met het gewicht van de te verwachten bijvangst, die voorheen werd teruggegooid, maar nu moet worden aangeland. De sanering van de overcapaciteit in de platvisvloot na 2000 had allang bewezen dat een duurzame visserij mogelijk is, ondanks de teruggooi van ondermaatse vis.

De GO-22 van de familie Lokker in actie op de Noordzee. (Foto: W.M. den Heijer)