Tijdens de koorrepetities.
Tijdens de koorrepetities. Foto:

Uitvoering Herdenkingscantate neemt prominente plek in tijdens herdenking 65 jaar watersnoodramp
"Er gaat wat door je heen hoor tijdens het zingen!"

GOEREE-OVERFLAKKEE – Als een markeerpunt staat het in de geschiedenis en herinnering van Goeree-Overflakkee gegrift: de watersnoodramp van 1953. Tijdperkaanduidingen uit de recente historie worden er dan ook niet voor niets aangegeven in termen als 'van vóór de ramp' of 'van ná de ramp'. De catastrofale gebeurtenis die, thans 65 jaar geleden, één van de meest gevoelige eilandsnaren raakte en die het eiland, nog meer dan de Tweede Wereldoorlog, in het diepst van zijn wezen heeft beroerd. De herinnering eraan is voor velen nog steeds een nachtmerrie die zich nooit laat terugvertellen. Wat in woorden echter niet kan worden uitgedrukt, kan dikwijls wel tot uiting worden gebracht in muziek. Veelzeggend is dan ook de uitspraak van de bekende Deense dichter Hans Christian Andersen: 'Waar woorden tekortschieten, spreekt de muziek'.

Tekst en foto's: Hans Villerius

Welnu, wie de tekst op zich in laat werken van de Herdenkingscantate die Arie J. Keijzer zestien jaar geleden componeerde naar aanleiding van het herdenken van de watersnoodramp – die hij zelf als toenmalige inwoner van Nieuwe-Tonge aan den lijve heeft ondervonden – zal ongetwijfeld de intense beleving, emoties en gevoelens herkennen van de ontberingen die velen in de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 moesten doorstaan, in uiterste pogingen het vege lijf te redden. Maar ook het houvast dat menigeen – dwars door alle angst, verlies en verdriet heen – vond in de wetenschap dat God tóch alles in Zijn handen heeft, boven het geweld van het verwoestende water staat, dat Zijn trouw nooit zal vergaan en Hij in Christus geschonken heeft dé Redder, waardoor mensen die uit Zíjn liefde leven dit door daden van vrede mogen doorgeven in hun leven.
Keijzer componeerde de cantate in 2001, in opdracht van de toenmalige Kring van Christelijke Zangverenigingen op Goeree-Overflakkee, voor een regionale herdenking van de watersnoodramp. Rond de nationale herdenking, in 2003, van de watersnoodramp werd de cantate nogmaals uitgevoerd, in Oude-Tonge en in Stellendam, gedirigeerd door de componist zelf. Vervolgens werd de cantate om de vijf jaar ten gehore gebracht, bij herdenkingen in 2008 en 2013. En nu, bij de herdenking 65 jaar na dato, kan de Herdenkingscantate en de daarin klinkende boodschap opnieuw worden beluisterd, wederom in Stellendam en in Oude-Tonge.

Uitvoerenden

De cantate wordt uitgevoerd door diverse koorsamenstellingen: groot koor, mannenkoor en kamerkoor; verdere uitvoerenden zijn soliste Marlotte van 't Hoff, organist Johan van Broekhoven en de slagwerkers Cees Boelaars en Jasper Breur. Werd voordien het projectkoor samengesteld uit twee bestaande eilandelijke koren, ditmaal werd een projectkoor gevormd uit belangstellenden die zich hiervoor konden opgeven. De twee koren die tot dusver de zangers leverden bestaan niet meer, vandaar dat de organiserende Werkgroep Herdenking 65 jaar Watersnoodramp nu voor deze aanpak heeft gekozen. Veel zangers die ook tijdens de eerdere uitvoeringen hun medewerking verleenden, zijn ook nu weer van de partij. Alleen voor het kamerkoor werd een nieuwe bron aangeboord. Dit wordt nu gevormd door leerlingen en docenten van CSG Prins Maurits. De dirigent en de organist zijn dezelfde gebleven: Jan Bezuijen en Johan van Broekhoven. Onder hun leiding heeft in de achterliggende tijd een tiental repetities plaatsgehad, om volgende week donderdag 1 februari en zaterdag 3 februari de Herdenkingscantate weer in volle luister te laten klinken. En mogelijk, als zijn gezondheid het toelaat, zal bij de uitvoering in Oude-Tonge ook de componist, Arie J. Keijzer, aanwezig zijn. Nu niet meer als dirigent, maar als zeer betrokken luisteraar. En als overlevende van diezelfde ramp die dan opnieuw herdacht wordt, met de vele omgekomen inwoners die het eiland zich plotseling massaal aan de dood en aan een kolkend watergraf moesten afstaan. Zoals het begin van de Herdenkingscantate het verwoordt, naar de dichtregels van P.A. de Génestet: 'God heeft u zwaar beproefd. Ik weet één troostgrond maar: dat Hij het deed.'

Rijke inhoud

Tijdens het een uur durende muziekwerk wordt daarna uiting gegeven aan zowel de nood waarvoor God om hulp wordt aangeroepen als aan het vertrouwen dat en de zekerheid die de gelovige heeft dat God horen en helpen zal, om daarna uit te monden in een lofprijzing tot de Allerhoogste. De inhoud van de Herdenkingscantate wordt gevormd door psalmen – zowel berijmd als onberijmd – en gezangen, die door hun inhoud en door hun plaats die ze in de cantate kregen dit alles op aansprekende wijze vertolken, waarbij de harmonisaties van de muziek de rijke inhoud van de gezongen tekst nog meer laten schitteren. De koorzang wordt afgewisseld door enkele aria's, een orgelsolo en samenzang. Tijdens de uitvoering kunnen de luisteraars de teksten geheel volgen in het programmaboekje dat ze bij de ingang van de kerk mee naar binnen krijgen, zodat er tijdens het luisteren geen detail verloren hoeft te gaan.

Verschrikkelijk

De componist legt bij de Herdenkingscantate uit: "Het stuk is bedoeld om de mensen te herdenken die in 1953 zijn omgekomen. Daarnaast moet het vooral een troost zijn voor de nabestaanden. De cantate geeft troost en houvast. Het wijst de weg: dáár, bij God, kun en mag je je troost zoeken." Keijzer weet uit eigen ondervinding wat het is de watersnoodramp meegemaakt te hebben. "Het was verschrikkelijk", vertelt hij. "Ik was 21 jaar en woonde in Nieuwe-Tonge. We werden 1 februari 's morgens om halfvijf gewekt met de roep: 'maak dat je wegkomt!'. Daarna hoorde ik een donderend geluid en even later vlogen alle ramen en deuren eruit en stonden we tot ons middel in het water. We vluchtten naar boven, maar het water kwam ook daar. Ik dacht dat dit ons einde zou betekenen. We hebben met elkaar gebeden en zijn bewaard gebleven. Eén nacht hebben we hier gebivakkeerd, daarna zijn we op een vlot naar de dijk gebracht. Vervolgens zijn we nog drie dagen met dat vlot bezig geweest om andere mensen te redden." Zo is Keijzer niet alleen musicus en componist van de Herdenkingscantate, maar ook oud-eilandbewoner en redder van mensen in zijn dorp geweest. Én kon hij vanuit persoonlijke ondervinding inhoud geven aan het muziekwerk dat op 1 en 3 februari weer op het eiland zal klinken.

Persoonlijke verbondenheid

Maar niet alleen Keijzer, ook anderen die bij de uitvoering ervan betrokken zijn, hebben een persoonlijke verbondenheid aan de gebeurtenissen in die verschrikkelijke nacht. Ze waren er zelf bij toen het eiland verzwolgen werd door de ontembare watervloed. Dat ze nu meezingen in één van de koren tijdens de uitvoering van de Herdenkingscantate heeft voor hen dan ook een bijzondere inhoud en betekenis.
Eén van hen is de 79-jarige Jan Kievit uit Stellendam. "Er gaat wat door je heen hoor tijdens het zingen!", geeft hij aan. Persoonlijk verlies heeft hij gelukkig niet meegemaakt, al had het niet veel langer moeten duren of hij en zijn vader waren zelf verdronken toen ze op hun boerderij probeerden het vee los te maken dat binnen stond.
Corrie de Vos-Soeteman uit Oude-Tonge is met haar bijna 85 levensjaren de oudste deelnemer van het projectkoor. Ze zingt graag en heeft ook bij eerdere uitvoeringen van de Herdenkingscantate meegedaan. Ook zij is niemand verloren tijdens de watersnoodramp, maar de angsten en ontberingen van toen zijn ook door haar heengegaan. "Alleen al het begin van de cantate spreekt dan wel heel erg aan: 'U hebt ons zwaar beproefd…'".
Bijzondere betekenis heeft ook de beleving van één van de koorleden die liever niet met naam wordt genoemd, maar die wel wil vertellen welke persoonlijke diepgang het zingen van de cantate voor haar heeft. "Ik was in moeders buik erbij toen de ramp plaatsvond. Bewust heb ik het niet meegemaakt en ik ben op ons evacuatieadres geboren. Maar moeder heeft het dus mogen overleven. Later, tijdens mijn kinderjaren, werd vanzelf veel over de gebeurtenissen van toen verteld, zodat ik alleen al op die manier me erg betrokken voel bij wat toen heeft plaatsgevonden. Al vanaf mijn kinderjaren mag ik een persoonlijk geloof in God hebben, maar toen ik veertig jaar was en ik erbij was toen in ons dorp een beeld onthuld werd ter nagedachtenis aan de watersnoodramp zag ik plotseling zo helder in dat het God was Die zorgde dat mijn moeder niet omkwam, omdat Hij wilde dat ik geboren zou worden opdat ook ik Hem zou leren kennen. Dat maakt het voor mij heel bijzonder, een missie eigenlijk wel, om in deze cantate mee te mogen zingen!"
Ook dirigent Jan Bezuijen is diep onder de indruk van Keijzers werk. "De componist heeft de teksten voor de cantate geweldig gekozen. Ze spreken me heel erg aan, ook in combinatie met de muziek die hij bij de teksten schreef en deze nóg meer laat spreken. Zowel verdriet als vreugde, maar ook vaste hoop en verwachting worden erin verwoord, om uit te monden in een machtig 'Amen!' Er zit een climax door het werk heen, waarvan de inhoud ook tijdens het dirigeren een bijzondere diepgang en beleving geeft."

Uitvoeringen

Dankbaar is de werkgroep dat de gemeente Goeree-Overflakkee de uitvoering van de cantate, die een prominente plek heeft tijdens de komende herdenking van de watersnoodramp, financieel mogelijk maakt, maar ook dat de betreffende kerkbesturen er hun kerkgebouwen tegen aangepast tarief voor beschikbaar stellen.
De eerste uitvoering van de Herdenkingscantate vindt volgende week donderdag 1 februari plaats in de Hervormde Kerk aan de Bosschietstraat te Stellendam, om 20.30 uur, aansluitend op de herdenkingsplechtigheid die om 18.30 begint in verenigingsgebouw De Rank bij de Hervormde Kerk.
Vervolgens wordt op zaterdag 3 februari, aanvang 20.00 uur, de cantate nogmaals uitgevoerd, in de Hervormde kerk aan de Kerkring te Oude-Tonge. Iedereen is welkom, de toegang is gratis.

Afbeelding