Kaart met een overzicht van de ontwikkelingen in het gebied.
Kaart met een overzicht van de ontwikkelingen in het gebied. Foto:

In de noordrand gaan natuur, landbouw, windenergie, wonen en recreatie samen

GOEREE-OVERFLAKKEE – Buitendijks en op de dijk van Middelharnis naar Stellendam fietsen. Vogels spotten in de nieuwe natuur nabij Scheelhoek. Wonen op een terp. Het is in de nabije toekomst allemaal mogelijk in de westelijke noordrand van Goeree-Overflakkee. Het gebied gaat er heel anders uitzien, ook doordat er een aantal windmolens komt. Voor de agrariërs in het gebied is er extra grond en een zoetwaterkanaal. Wethouder Daan Markwat (SGP) heeft het over een gebiedsontwikkeling die ambitieus en complex is en alle belanghebbenden wat te bieden heeft.

Tekst: Kees van Rixoort, afbeeldingen Gemeente Goeree-Overflakkee

Jaren geleden kwam de Zuiderdieppolder al regelmatig in het nieuws. De hele polder zou veranderen in een natuurgebied. Boeren protesteerden hevig. De beste landbouwgrond van Nederland zomaar prijsgeven, dat doe je niet, was hun boodschap richting de beleidsmakers. Het protest had via een omweg effect. Die omweg heette economische crisis. De aankoop van gronden – door het Bureau Beheer Landbouwgronden (BBL) – ging niet verder en de metamorfose van de polder in natuur verdween achter de horizon.

Droomfonds

Nu is de situatie anders. Vier partijen – gemeente, provincie, Natuurmonumenten en Wereld Natuurfonds – hebben plannen gemaakt voor de inzet van de voormalige BBL-gronden, na het afblazen van Deltanatuur. Er komt toch nieuwe natuur, zij het minder omvangrijk. Via het Droomfonds van de Postcodeloterij kwam er immers een fors bedrag beschikbaar om natuur aan te leggen aan de boorden van het Haringvliet. Maar daar blijft het niet bij. In de gebiedsontwikkeling is ook ruimte voor agrariërs, windenergie, recreatie en toerisme, wonen en een zoetwaterkanaal. Het gebied, de noordrand, is nu bovendien groter dan de Zuiderdieppolder, want ook de Bekading (ten oosten van de haven van Dirksland) en de Kraaijenissepolder vallen eronder.

"Een grote gebiedsontwikkeling, van Middelharnis tot Stellendam", zegt wethouder Markwat. "Er komt 70 hectare nieuwe natuur, aansluitend op het natuurgebied Scheelhoek. Daarnaast vullen we een deel van de windopgave in en is er ruimte voor agrarische structuurversterking. Door het kierbesluit is een zoetwaterkanaal voor de agrariërs nodig, en een pijpleiding van Evides voor drinkwater."

Diverse belangen

Nieuwe natuur, windmolens, agrarische activiteiten – die kunnen elkaar met gemak bijten. "Er zijn inderdaad diverse belangen en gevoeligheden in het gebied. Er komen straks bijvoorbeeld vijf windmolens in de rand van de nieuwe natuur. Het is een complex en ambitieus geheel", aldus de wethouder. "Maar we zijn er gezamenlijk uit gekomen. We hebben vanaf het begin met elkaar om de tafel gezeten en zijn zo transparant mogelijk geweest. Wensen zijn duidelijk uitgesproken en er is goed en uitgebreid onderhandeld. Het resultaat is dat alle partijen beter worden van deze gebiedsontwikkeling. Ze bereiken stuk voor stuk het optimaal haalbare – de agrariërs, de natuurorganisaties, de gemeente, de provincie… Alle ambities zijn gerealiseerd."

De wethouder heeft het over het optimaal haalbare per gebiedspartij, niet over het maximaal haalbare. De gebiedsontwikkeling noordrand was en is een kwestie van geven en nemen.

De 70 hectare nieuwe natuur is straks toegankelijk voor het publiek. Van twee kanten kunnen natuurliefhebbers het gebied in en vanuit een kunstig vormgegeven 'spiekkoepel' kunnen ze vogels spotten op de zandplaten voor de oever. Er komt een wandelroute en het Zuiderdiep is over te steken met behulp van een trekvlotje. Het 'recreatieve medegebruik' krijgt ook vorm via een fietsroute. Straks is het mogelijk om buitendijks en op de dijk van Middelharnis naar Stellendam te fietsen. Het gebied zal ook aan interesse winnen voor passagiers van de Waterbus.

Een zorgpunt van de agrariërs was de aantrekkingskracht van een natuurgebied voor ganzen. Daarover is volgens de wethouder afgesproken dat Natuurmonumenten het gebied zo gaat inrichten dat het onaantrekkelijk is voor ganzen om er te broeden.

De agrariërs in het gebied hebben de mogelijkheid om extra gronden te kopen en een gunstiger verkaveling te realiseren, wat de bedrijfsvoering efficiënter en toekomstbestendiger maakt. De extra gronden zijn BBL-gronden, die eerder zijn verworven voor grootschalige natuurontwikkeling. Deze gronden, 475 hectare in totaal, zijn door de gemeente aangekocht om door te verkopen aan onder andere Natuurmonumenten en agrariërs.

Kroningswind

De agrariërs hebben bovendien de handen ineengeslagen om windenergie te gaan opwekken. Daarvoor is Kroningswind opgericht. De prognose is dat deze BV 78 megawatt aan energie gaat leveren. Wethouder Markwat noemt dat "een hele uitdaging". Er komen 15 tot 19 windmolens in het gebied, zoals het er nu naar uitziet in een formatie van twee rijen. Na de milieueffectenrapportage, de vaststelling van het bestemmingsplan en de subsidieverlening kan de bouw van start gaan. Waarschijnlijk in 2020 of 2021. Veel moet nog gebeuren in de noordrand. Maar er is al het een en ander gerealiseerd. "Het zoetwaterkanaal is zo goed als klaar", zegt Markwat over de stand van zaken. "Het kanaal gaat met behulp van sifons onder de havens van Middelharnis en Dirksland door. Op 1 januari 2018 is het kierbesluit effectief en moet het zoetwaterkanaal zijn afgerond."

Ook gerealiseerd is de pijpleiding van Evides. Het waterbedrijf moet oostelijker op het Haringvliet water innemen, iets ten westen van Stad aan 't Haringvliet, waar het water zoet blijft. Het nieuwe innamepunt is afgelopen zomer in gebruik genomen. Verder zijn al BBL-gronden overgedragen aan agrariërs in de Zuiderdiep-, de Halspolder en – zeer recent – de Kraaijenissepolder. De rest volgt volgend jaar.

Nieuwe wonen

Er staat genoeg op het programma. Afgezien van bijvoorbeeld de aanleg van natuur en de plaatsing van windturbines, ligt er ook een plan om 25 tot 40 woningen in de natuur te realiseren: De Nieuwe Marke. "Heel bijzonder", vindt de wethouder. "Je woont op een terp en kijkt zo over het Haringvliet uit. Een tuin heb je niet, je woont in de natuur, die je ook met elkaar onderhoudt." De terp is al voor een groot deel gerealiseerd, met de grond die is vrijgekomen bij de aanleg van het zoetwaterkanaal. De planvorming en aanbesteding van dit 'nieuwe wonen' staan op de agenda.

"Zout water in het Haringvliet en de windopgave voor het eiland zijn wel gezien als bedreigingen. Het zijn ook autonome ontwikkelingen waar je iets mee moet. Voor de noordrand zijn we samen met gebiedspartijen aan de slag gegaan en hebben we kansen en mogelijkheden voor iedereen benut. Mogelijk negatieve effecten zijn gecompenseerd met positieve effecten", vat Markwat het belang van de aanpak samen. "Zo is een positieve balans ontstaan, die iedereen onderschrijft en in feite één plus één is drie oplevert."

Artist impression van wonen in de natuur.