Zoals Gods vinger schrijft

"Maar Jezus, nederbukkende, schreef met de vinger in de aarde."
Joh. 8:6b

Bukken

Zeer bezorgde Farizeeërs naderen Jezus. Ze hebben een vrouw op sleeptouw genomen. Hoe zal deze vrouw zich gevoeld hebben? We weten weinig over haar. Het enige is dat zij op heterdaad is betrapt. Het kan bijna niet anders of de Farizeeën hebben op de loer gelegen. Vreemd.
Waar zijn zij zo bezorgd over? Willen ze graag dat deze vrouw van haar zonden verlost wordt? Of misschien dat de Naam van Jezus gaat schitteren en blinken? Hebben zij worstelingen in het gebed gehad tot heil van het volk? Niets van dat alles. Ze zijn bezorgd over hun eigen naam! Die dreigt er aan te gaan, Verschrikkelijk, ze moeten er niet aan denken. Immers, Jezus loopt hen in de weg. Zijn mond is veel te eerlijk. Hij is zo ronduit en rechtuit. Nu zoeken zij een aanleiding om Hem te strikken. Dat moet best kunnen lukken. Het is later ook 'gelukt.' Tenminste...
Na de uitdaging naar Jezus toe of Hij ook vindt dat deze vrouw, in haar zonde gegrepen, gestenigd moet worden, bukt Jezus Zich. Ziet u het voor u? Een bukkende Borg.

Schrijven

Jezus schrijft met Zijn vinger in de aarde. Hij weet wat Hij doet. Wij weten vaak niet waar we mee bezig zijn. Dit komt omdat we sinds het verloren paradijs blind zijn voor God en goddelijke zaken.
Wat zou Jezus geschreven hebben? In Jer. 17:13 lezen we dat de namen van hen die van de Heere afwijken, in de aarde geschreven worden. Zij zullen vergaan zoals de aarde vergaat.
Misschien heeft Jezus wel de namen van de Farizeeën in de aarde geschreven, we weten het niet.

Terwijl Jezus Zich bukt, kijkt Hij de Farizeeën niet aan. Dat zegt ook wel wat. Als de Heere je niet meer in de ogen kijkt is het een verkeken zaak.
De Farizeeën blijven zeuren.
Dan klinkt de stem van Jezus als een donderslag bij heldere hemel; zij mogen beginnen met stenen gooien... ALS...! Dat is raak. Vlijmscherp, glashard. Ze mogen niet lukraak gaan gooien. Eerst even lezen wat er in de aarde geschreven staat. Immers, de naam van de goddeloze zal vergaan. Wie is die goddeloze? Hij, zij, die niet wil buigen voor het Lam. Die de aangeboden verlossing niet wil aannemen! Dat is iemand die zichzelf blijft rechtvaardigen.
Toch zijn de woorden van de Heere Jezus wel hard aan gekomen, want ze druipen af. Hun naam niet in de hemel...

Vrijspreken

Opnieuw schrijft Gods vinger in de aarde. Misschien nu wel de naam van die vrouw. We weten het niet. SCHULDIG! Ja, dat wel. Ze was schuldig. Jezus schreef verder. Of heeft Hij ook Zijn Eigen Naam er achter geschreven? We weten het niet. Wilde Hij de Schuldige worden in haar plaats? De schuld overnemen? Ja, dat weten we wel.
Hij is gekomen om te zoeken en zalig te maken dat verloren was.
Daar staat zij, te kijk. Maar iedereen loopt weg. Er blijft er Eén over, samen met haar. Hij kijkt haar in de ogen. De vraag klinkt: "Waar zijn deze uw beschuldigers? Is er niemand die u veroordeelt?" Blijkbaar niet.
Dan is het verdiend dat Jezus haar veroordeelt, haar wegstuurt, haar vertelt niet meer onder Zijn ogen te mogen komen. Dat doet Hij niet. Waarom niet? Hij wil haar schuld op zich nemen.
Liefdevol stuurt Hij haar heen en zegt: "ZONDIG NIET MEER!"

De vrouw is heengegaan, de naamloze, uit een nameloze ellende weggeroepen. Domme duivel, om de Farizeën te gebruiken om 'zo'n' vrouw voor de Heere Jezus neer te zetten. Van Hem moet zij het hebben.
Nee, als je het van mensen moet hebben...
En toch zijn er mensen die geven om mensen. Trouwens, wie de veroordeling in zijn eigen ziel kreeg, bij God vandaan, noemt geen namen van anderen meer. Geen wijsvinger meer over. De hand in eigen boezem.
Leg de namen van anderen maar voor de voeten van Jezus neer! Ook de namen van je kinderen en van je liefste. Dan ben je VRIJ.