Afbeelding
Foto:

Zit niet te snerken

Bij 'lucht van tummer' denk ik aan een bouwwerk waarvoor te dunne balken zijn gebruikt. Het kan zo omwaaien omdat het te 'lucht' is gebouwd. Daar klopt geen hout van, het Flakkeese gezegde heeft een compleet andere betekenis. Volgens mijn ene collega betekent het dat iemand niet helemaal goed is, de ander, afkomstig van de kop van het eiland, gebruikt het voor een losbollig en losgeslagen type. Lucht van tummer heeft in ieder geval niks met een bouwwerk te maken.

Ook al woon ik ondertussen een half decennium op het eiland, ik kan nog steeds genieten van het ontdekken van voor mij onbekende Flakkeese uitdrukkingen. Zo is een 'snerker' een slijptol, maar het woord wordt ook gebruikt in de zin van: 'Dat kind boven ligt weer te snerken.' Dat vind ik mooi, dat een slijptol wordt vernoemd naar een huilende baby. Tenminste, ik ga er vanuit dat het niet andersom is, want huilende baby's bestaan ongetwijfeld al langer dan slijpgereedschap.

Nog een nieuwe ontdekking voor mij is: 'Te lui om brand te ropen'. Dat vind ik prachtig, ik zoek nog steeds naar een moment waarop ik die uitdrukking terloops kan laten vallen. Maar in mijn omgeving komen nogal veel 'wipgatters' voor, Flakkees voor mensen die niet stil kunnen zitten. Op de kop van het eiland noemen ze dat gedrag 'wippenbillen'.

In het Flakkees zitten nog wel meer gezegden om iemand 'subtiel' de waarheid te zeggen. 'Te lomp om bonen te rêêpen' bijvoorbeeld. En als je het echt helemaal hebt gehad met iemand, kun je als klap op de vuurpijl zeggen: 'Ik bin je zo zat als gespoge spek'. Bonen en spek, Flakkeescher wordt het niet.