Afbeelding
Foto:

Weervisionair

Sommige mensen kijken een paar keer per dag op hun thermometer. Marc Putto (1967) deed het in zijn jonge jaren soms wel 60 keer per dag en noteerde al de waarden trouw in zijn weerboekje. "Ik ben een echte temperatuurfetisjist, als de thermometer in de tuin 32 graden aangeeft dan heb ik een bijna euforische beleving. Weerman Marc Putto schrijft al meer dan tien jaar een wekelijks weerbericht voor de vrijdageditie van het Eilanden-Nieuws. Een gesprek met de man die bekend staat als weervisionair over klimaatverandering, Elfstedentochten, archaïsch taalgebruik en weermensen zonder lef.

Geen Elfstedentocht meer

Achttien jaar geleden voorspelde Marc Putto dat er nooit meer een Elfstedentocht zou komen. Tot nu toe heeft hij gelijk gekregen, de laatste Elfstedentocht was twintig jaar geleden op 4 januari 1997. "Ik blijf bij mijn voorspelling, er komt helaas geen Elfstedentocht meer. Daarvoor moet het een lange periode vriezen en dat zie ik niet meer gebeuren. Het weer is veel minder stabiel dan vroeger, toen kon het soms een maand lang vriezen, of in de zomer weken aan een stuk warm en droog zijn. Nu duurt een koude periode maximaal twee weken en dan wordt het weer warmer." De reden? "Dat komt omdat bestendige hogedrukgebieden boven Scandinavië ontbreken. Die zorgden in het verleden lange tijd voor hetzelfde weer. Ik zou graag willen weten waarom die hogedrukgebieden er niet meer zijn, maar ik heb nog niemand gehoord die er een verklaring voor heeft."

Als kind had de weerman verschillende hobby's, maar toen hij op twaalfjarige leeftijd een strenge winter meemaakte was de keuze snel gemaakt. Vanaf dat moment bestudeerde hij dagelijks het weer en legde alles vast in zijn weerdagboek. "Ondertussen ben ik al veertig jaar met het weer bezig." Moeiteloos noemt hij een aantal hoogtepunten. "In de winter van 78/79 raakte Noord-Nederland ingesneeuwd, bij sommige boerderijen lag vijf, zes meter opgewaaid sneeuw. Het leger en helikopters werden ingezet om mensen uit de sneeuw te bevrijden. Helaas woonde ik toen in Den Haag…" Maar het wakkerde zijn hobby aan.

Autodidact

Zijn specialiteit is de weersverwachting voor de lange termijn. Noem het geen voorspellen, want Putto heeft geen glazen bol. De weersverwachting maakt de weervisionair op basis van verschillende weermodellen, een weermodel is het resultaat van computers die alle waarnemingen (onder andere metingen van schepen op de oceaan) combineren en doorrekenen. De Amerikaanse modellen gaan 384 uur voorruit, vier keer per dag komt er een nieuwe model naar buiten. Deze cijfers en grafieken bekijkt Putto, hij combineert dit met zijn bijna 40-jaar ervaring en houdt rekening met singulariteiten. Dat zijn vaste weerpatronen zoals IJsheiligen, de periode in mei waarin het vaak vriest. "Ik ben een autodidact, ik heb rechten gestudeerd, maar ik geloof meer in ervaring dan in klinische kennis. Alle weerdata zitten in mijn geheugen. Door mijn ervaring kan ik situaties van nu vergelijken met weerbeelden in het verleden. Daar gaan we niet moeilijk over doen."

Met 70 tot 80 procent zekerheid kan hij een weersverwachting voor een week vooruit maken. Toch zit de visonair er ook weleens naast: "Daar heb je dan de pest over in." Het gesprek vindt begin december plaats: "Gisteren voorspelde Piet Paulusma vijftig procent kans op een winterse kerst, dat vind ik niks, wat is nu vijftig procent. Aan de andere kant moet je wel realistisch blijven als weerman, de verleiding is groot om de verwachtingen wat smeuïger te maken."

Geen nieuwe ijstijd

Voor de komende twintig jaar verwacht Putto geen significante veranderingen in het weerbeeld. "Ik geloof niet in al die doemscenario's zoals Amersfoort aan Zee, of een nieuwe ijstijd. En ik geloof ook niet dat klimaatakkoorden soelaas gaan bieden, want die doelstellingen worden niet behaald. In opkomende economieën stijgt de uitstoot van CO2 veel sneller dan de deelnemers aan de akkoorden kunnen beperken. De temperatuur zal wel geleidelijk gaan stijgen door de uitstoot van CO2, maar netto gezien zijn dat marginale veranderingen."

De bevlogen weerman kiest zijn woorden zorgvuldig en verpakt zijn mening in fraaie volzinnen, zoals: Koude winters blijven zeer wel mogelijk, maar minder frequent. Putto: "Ik schrijf gerust een zin van honderd woorden, dat klopt dan taalkundig helemaal, maar ik probeer er toch op te letten, omdat niet iedereen zit te wachten op lange zinnen. Ik spreek en schrijf bewust archaïsch, dat vind ik leuk en het is herkenbaar voor de lezers. Het klinkt misschien arrogant, maar eigenlijk ben ik onvervangbaar. Ik ben wel een beetje een taalpurist, wat ik leuk vind is de Belgische taal. Die zeggen bijvoorbeeld 'het klaart uit' in plaats van 'het klaart op'. Dat gebruik ik nu weleens in mijn voorspellingen."

Uit de hand gelopen

Na zijn studie werkte Putto onder meer op een notariskantoor, maar zo'n negen-tot-vijfbaan paste niet bij hem. "Als zelfstandig weerman ben ik eigen baas. Ik schrijf het weerbericht voor verschillende kranten, geef agrariërs weeradvies, doe voorspellingen voor de lange termijn, die mensen kunnen afluisteren via de weerprimeurlijn, geef interviews voor radio en tv en deze winter doe ik de voorspellingen voor de website www.schaatsen.nl. Ik ben nu een lezing aan het opzetten, daarmee wil ik het land ingaan om over het weer te vertellen. Eigenlijk ben ik hele dagen met mijn werk bezig, het is een uit de hand gelopen hobby. Ik ben blij dat ik niet bij het KNMI werk, dat zijn ambtenaren, daar houd ik niet van."

De zomers van '82 en '83 waren één van de hoogtepunten van de weerliefhebber. "Daarvoor was er een reeks van vijf koele en wisselvallige zomers. Omdat ik toen nog een stuk jonger was is dat een hele lange periode in mijn herinnering. De droge, warme zomers van '82 en '83 waren een opluchting. Toen mat ik in de tuin 32 graden in de schaduw, dat was een bijna euforische beleving. Zelf zit hij bij tropische temperaturen het liefst binnen met de gordijnen dicht. Ik kan niet goed tegen warmte, dan ga ik even naar buiten om op de thermometer te kijken en dan weer lekker naar binnen, het gaat mij echt om de extreme waarde. Tegenwoordig heb ik een digitale thermometer, die geeft de waarden digitaal door en kan je dus gewoon binnen aflezen. Eigenlijk is de romantiek uit het vak verdwenen."

'Geen lef'

Bij het voorspellen van weer gaat het volgens Putto vaak mis bij de reguliere weersvoorspellers. Die hebben geen lef en gaan alleen maar af op de modellen. "Ze zijn bang om fouten te maken. Maar die modellen onderschatten bijvoorbeeld de invloed van sneeuw, als er een pak sneeuw ligt kan de temperatuur veel verder dalen dan de weermodellen aangeven. Over dat soort zaken die consequent misgaan wil ik nog een keer een boek schrijven."

In zijn wekelijkse weerverhaal in Eilanden-Nieuws schrijft Putto over het weer op Goeree-Overflakkee, dat hij consequent omschrijft met de Eilanden. "Het Eilandenweer is leuk omdat er flinke regionale verschillen zijn. In het oosten in de omgeving van Ooltgensplaat is er sprake van een landklimaat, daar heb je geen maritiem gedoe. Daardoor is er iets minder wind en kan het in de winter wel drie graden kouder zijn dan in Ouddorp en Goedereede.

Na het gesprek stappen we naar buiten, Putto richt zijn blik naar de lucht en zegt: "Kijk stratocumulus wolken, heel gewoon voor deze tijd van het jaar. Maar Nederland is een interessant weerland: er is veel afwisseling, we wonen op een kruispunt van luchtstromingen!"

Afbeelding