Stad Aardgasvrij krijgt 5,6 miljoen vanuit Rijk

STAD AAN ‘T HARINGVLIET - Het project Stad Aardgasvrij is een van de negentien proeftuinen die zijn geselecteerd voor de tweede ronde van het Programma aardgasvrije wijken (PAW). Dat maakte minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties maandag bekend is een brief aan de Tweede Kamer. Er wordt 100 miljoen euro verdeeld over de geselecteerde projecten. Stad Aardgasvrij ontvangt 5,6 miljoen euro.

Het PAW heeft als doel om te leren hoe in 2030 zo’n 1,5 miljoen woningen en andere gebouwen het beste verduurzaamd kunnen worden. Bij de selectie van projecten is gekozen voor een zo breed mogelijk aanbod aan mogelijkheden, zoals warmtenet, warmtepompen, thermische energie uit oppervlaktewater en industriële restwarmte. In Stad aan ‘t Haringvliet is gekozen voor het toepassen van waterstof. “Bij de selectie is gelet op de algehele kwaliteit van de aanpak en in het bijzonder de uitvoeringsgereedheid, de robuustheid van de businesscase en een betaalbaar aanbod voor de bewoners”, aldus de minister in de brief. Wel maakt ze een aantekening bij de toepassing van waterstof. “Hoewel waterstof naar verwachting geen significante rol zal spelen bij de verduurzaming van de gebouwde omgeving tot 2030, is het van belang om hier nu al wel leerervaring mee op te doen.” De andere proeftuin waar waterstof centraal staat, wordt uitgevoerd in Hoogeveen (Drenthe).

Het geld zal in Stad onder meer worden gebruikt voor aanpassingen in de woningen. Hierbij moet men denken aan de kosten voor de controle van de gasleiding en of die wel sterk genoeg is om ook waterstof doorheen te pompen. Ook de kosten voor aanschaf van een (andere) cv-ketel en overstappen op elektrisch koken vallen onder deze noemer. Wethouder Tea Both-Verhoeven: “Met deze bijdrage kunnen we de overstap van aardgas naar waterstof voor de inwoners van Stad aan ‘t Haringvliet financieel ondersteunen, zodat inwoners geen extra kosten hebben.” Het uitgangspunt is dat zij gedurende de komende 15 jaar geen hogere rekening hebben voor waterstof dan ze zouden hebben voor aardgas.